Vier vrienden op Himalayans door Nepal: naar het Dak van de Wereld

Gepubliceerd:

Het begint zoals elk mooi verhaal… Huib vertelt over een motortocht van een Engelse vriend op een Royal Enfield door Nepal. Eigenlijk ben ik direct ook enthousiast en na kort overleg met het thuisfront gaan we uitzoeken wat er allemaal bij komt kijken. Ook verschillende gesprekken gevoerd met de leden van HDC ‘t Centrum die heel verschillend reageren. De één verklaart ons voor gek en de ander wil gelijk mee. Uiteindelijk zijn Ronny en Ad bereid om het grote avontuur met ons aan te gaan…

Nadat we besloten hebben er definitief voor te gaan, volgen verschillende avonden van ‘vergaderen’ waarbij de plannen steeds concreter worden. Via internet komen we in contact met een Nepalees reisbureau dat ons wil helpen (en dat inderdaad ook perfect heeft gedaan!). Tickets boeken, visa regelen, vele dure inentingen halen en uiteindelijk kunnen we dan de spullen pakken.

MW. DAVIDSON OP AVONTUUR IN SCANDINAVIË MET HAAR YELLOW

VERKEERSREGELS

Henny is zo vriendelijk om ons op Schiphol af te gooien en we beginnen aan een lange reis van ongeveer 24 uur om via Abu Dhabi in Kathmandu te landen. Halfgaar lopen we uit het vliegtuig en belanden letterlijk in een andere wereld. Vier blanke reuzen lopen op een mega-chaotisch vliegveld hun tassen te zoeken. Nadat we alles gevonden hebben, stappen we naar buiten, waar we toch redelijk snel onze contactpersoon tegen het lijf lopen. Met allemaal een mooie bloemenslinger om de hals naar het busje om naar het hotel gebracht te worden; een eerste rit om nooit te vergeten. Ooit heeft iemand in Nepal waarschijnlijk wel wat verkeersregels bedacht, maar men is vergeten dit aan de rest van de bevolking te vertellen. Wat een zooitje! Alles en iedereen rijdt dwars door elkaar en niemand houdt zich aan ook maar enige regel (behalve dan misschien af en toe links rijden). Links, rechts, tegen het verkeer in… Het gebeurt allemaal. Als onze chauffeur vlak voor het hotel de rotonde tegen het verkeer in neemt, zijn we er helemaal uit. Dit wordt gegarandeerd een reis om nooit te vergeten!

KLEINE OOGJES

Na een eerste lokale horecatest, liggen we rond 1 uur op bed. Totdat Ronny het in z’n bol krijgt en weer de hort op wil. Ik ben er klaar mee, maar de heren hebben het blijkbaar wel gezellig gehad als ze de volgende ochtend met erg kleine oogjes aan de ontbijttafel zitten. Half Kathmandu schijnt vanaf die nacht de hele tijd ‘Ronny!’ te roepen… Deze dag staat in het teken van toeristje spelen en oude gebouwen bezoeken. Bhaktapur is inderdaad schitterend met prachtige tempels, mooie houtsnijwerken en stenen beelden. Helaas heeft de aardbeving van 2015 ook hier flink huis gehouden en staan veel gebouwen nog steeds gestut. Arbeid is echter goedkoop en iedereen werkt mee om alles weer tip-top te maken. Zelfs oude vrouwtjes dragen grote manden met cement of zand om alles op de bouwen! Heel gaaf was het om te zien hoe een groep van een man of twintig met grote precisie de houtsnijwerken aan het maken was. Echte ambachtslieden!

HIMALAYANS

De volgende dag gaat het dan echt beginnen. ’s Avonds werden de motoren bij het hotel gebracht. In plaats van de oude Royal Enfield Classic 500, bleken het nieuwe Royal Enfields Himalayans te zijn. Achteraf waren we hier erg blij mee! Wat een topmachines zijn dit, ondanks dat het maar 410 cc ééncilinders zijn. Power zat en we waren het na 100 meter al eens; een Harley heeft hier niets te zoeken! De volgende morgen staan we vroeg op, om voor de grote spitsdrukte weg te zijn. Onze gids Chandra wordt al snel omgedoopt tot ‘Sjaki’ en hij gaat voorop de mierenhoop in. Al snel blijkt dat als je een beetje meegaat in de flow, het allemaal best lukt. Veel toeteren (een Nepalees kijkt niet in het verkeer, maar luistert alleen…), niet te hard rijden en diegene die als eerste komt voorlaten. Dan komt het best goed allemaal! Na een uurtje durven we zelfs al tegen het verkeer in te rijden! Langzaam rijden we de stad uit en komen in de steeds mooier wordende natuur, de groter wordende armoede en slechter wordende wegen tegemoet. Waar het eerst nog ‘asfalt met af en toe een gat’ is, draait dit rap om naar ‘één groot gat met af en toe asfalt’, waarna het asfalt het zowaar opgeeft om voor de komende acht dagen ook bijna niet meer te verschijnen. Nu komt de Himalayan echt tot z’n recht! Af en toe staand op de pedalen over onverharde wegen, dwars door rivieren en tegen steile bergen op. Gewoon allemachtig mooi! Bij een waterval over de weg wordt spontaan Chapter Nepal opgericht.

RAVIJNEN EN KLIFFEN

Het landschap van Nepal wordt gedomineerd door de hoge pieken van de Himalaya, die zich prachtig aftekenen tegen een strak blauwe lucht. Acht van de tien hoogste bergen ter wereld – waaronder de Mount Everest als hoogste en meest bekende – liggen in dit land. Nepal wordt daarom dan ook wel ‘Het Dak van de Wereld’ genoemd. Aan het einde van de eerste dag zitten we allemaal volledig onder het stof aan de welverdiende Ghurka bieren! Mooie verhalen over wat we allemaal gezien hebben blijven maar over de tafel rollen. Prachtige vergezichten, bizarre wegen, trucks met mooie slogans als ‘We make travel fun’, terwijl ze bijna het ravijn in vallen en een drietal makaken (apen) aan de kant van de weg. Toch iets anders dan een rondje door de Meierij… De dagen daarop komen we steeds hoger. De bergen worden steiler en de ravijnen en kliffen dieper. Een hoogtepunt (of is het dieptepunt) is een verticale klif van een meter of 400 hoog, waar langs de rand een weg uitgehakt is. Fuck, da’s echt steil. We stoppen en zien 150 meter lager een pick-up truck op z’n kop in de rivier liggen… Nogmaals fuck! Wij moeten nog verder… Rustig aan rijdend, zo dicht mogelijk tegen de bergwand aan, komen we aan het einde van de weg, waar een verrassing ligt met een haakse bocht langs de bergrand. Pffff, we zijn allemaal toch wel een beetje opgelucht dat we dit bizarre stuk route achter ons kunnen laten.

YAKSTIER

De dagen daarna rijden we door tot aan Manang en beginnen we echt te merken dat we de 4.000 meter hoogte naderen. We lopen nog een stuk omhoog om geluksvlaggen op te hangen en een tempel te bezoeken, maar dan is het toch echt meer dan hoog genoeg. Snel weer naar beneden aan het (kool)zuurstof uit een fles! Manang was letterlijk één van de hoogtepunten, maar daarnaast ook de koudste plek van de hele trip! In Kathamandu was het nog rond de 35 graden, in Manang reden we weg terwijl de rijp op de velden en bruggen lag. Net boven het vriespunt… Toch met goede moed op weg, in de gebruikelijke volgorde. Sjaki voorop, dan Ad, Huib, ik en vervolgens Ronny als hekkesluiter. Na 500 meter moest ik even vol in de ankers. Een yakstier kwam aangedenderd en vond het nodig vlak voor Ronny en mij het pad op te knallen om aan de overkant bijna vertikaal de berg op te rennen. Wat een machtig gezicht! Even samen hard lachen om daarna snel weer naar de andere  jongens toe te rijden, want die waren alweer een stuk verder.

BLUE RIDGE PARKWAY: BOCHTEN OP Z’N AMERIKAANS

AFDALEN

De volgende dagen vooral weer afdalen naar een zuurstofrijkere omgeving met een weer steeds groener wordende omgeving. Dat leek een voordeel, maar om op één dag meer dan 100 kilometer offroad en dan ook voornamelijk omlaag te rijden, vergt een hoop concentratie en stuurmanskunst. Met name op de stofzandwegen heb je bijna geen grip en was het soms puur geluk dat de glimmende kant boven bleef. Doordat we op de heenweg al vaak gestopt waren en veel foto’s gemaakt hadden, konden we ons nu vooral ook op het motorrijden en nog meer op de omgeving concentreren. Het is en blijft een schitterend mooie en bijzondere omgeving.

OM NOOIT TE VERGETEN

Richting Kathmandu werd het verkeer ook weer steeds drukker en het wegdek weer steeds beter. Langzaam maar weer een beetje de ‘beschaafde’ wereld in. Een lekkere warme douche is wel prettig na een paar dagen koude (of geen) douches en halve gaten in de grond als toilet. Druk toeterend door het verkeer, totdat we ineens bruut geconfronteerd werden met de realiteit dat het helemaal fout kan gaan. Er lag een bus in een ravijn, waarbij bleek dat helaas niet iedereen het overleefd had… Toch iets rustiger verder gereden, waarbij het geregeld schrikken was als er een oude Tata vrachtwagen met alleen trommelremmen de berg af kwam zeilen. Gelukkig ging het laatste traject soepeltjes en wachtte ons een schitterend luxe hotel in Kathmandu. Na een heerlijk traditioneel diner met Nepalese volksmuziek en dans, zat het avontuur erop en was het tijd om de terugreis aan te vangen! Het was een trip om nooit te vergeten en heeft ons alle vier schitterende herinneringen opgeleverd! Voor eeuwig blij dat we het hebben gedaan!

Tekst & foto’s: Martijn

Gerelateerde artikelen

Recente artikelen