Het was een droom van Tom om ooit eens een viercilinder Nimbus in bezit te hebben. De destijds zeer innovatieve machine was zo succesvol, dat de motor 25 jaar in productie bleef! De prijzen die ervoor gevraagd worden deden Tom beseffen dat zijn droom altijd een droom zou blijven… Totdat hij een roestig Nimbus frame op eBay ziet.
Nadat ik het frame in huis had begon ik Nimbus onderdelen te verzamelen en dat ging in eerste instantie verrassend makkelijk. Het leek wel alsof het frame als een soort magneet voor Nimus parts fungeerde. Een tank uit Ierland, een wiel uit Cornwall, de verzameling groeide vlot en gestaag. Maar ineens was het ook weer afgelopen en ik vroeg me af of ik ooit in staat zou zijn om er een rijdende motorfiets van te maken. Het frame leek zijn aantrekkingskracht verloren te hebben. Ik zat in mijn schuurtje naar de onderdelen te kijken en de onderdelen staarden naar me terug…
Stel je eens voor…
En juist toen het leek alsof het allemaal nergens toe zou gaan leiden, kreeg ik een idee waarmee alles anders werd. ‘Stel je eens voor dat Fisker & Nielsen destijds een officiële 1934 fabrieksracer gebouwd zouden hebben om mee op Brooklands te racen ter promotie van hun nieuwe C-Type? Hoe zou die machine er dan uit gezien hebben?’ Een goeie vraag, waarop ik besloot het antwoord zelf te gaan bouwen. Daarmee beleefde het project een acute herstart en het frame bleek opnieuw een magneet voor onderdelen. Eerder had ik al een vooroorlogse Brooklands uitlaatdemper gevonden, zoals die gebruikt zou zijn op het oude circuit net buiten London. Het duurde vervolgens ook niet lang voordat ik een compleet blok kon overnemen, gevolgd door een versnellingsbak en een geschikt achterwiel. Omdat Fisker & Nielsen ook stofzuigers produceerde leek het me waarschijnlijk dat ze hun expertise op dat vlak ook gebruikt zouden hebben om hun racer met een supercharger uit te rusten. Ik wist een AMR 500 supercharger unit op de kop te tikken, dus dat was ook geregeld. Stukje bij beetje begon de motor vorm te krijgen.
Spitfire
Het asfalt van het Brooklands circuit is berucht vanwege de oneffenheden, dus ik vermoed dat Nimbus hun revolutionaire, maar ook behoorlijk fragiele telescoopvork van de eerste C Types niet gebruikt zou hebben voor de racer. Een sterke girder vork, zoals op veel andere motoren uit die tijd, zou beter bestand zijn tegen de beproeving van Brooklands. Ik leverde het frame en de wielen af bij Jake en Will Robbins’ Vintage Engineering Company in Hastings en zij bouwden er een prachtige girder vork in met alle designkenmerken uit de jaren ’30. Nadat ik met het rollende frame terug was uit Hastings, kon ik beginnen met de rest van de onderdelen er op te schroeven. Eerst moest ik bedenken hoe ik de AMR 500 zou kunnen monteren en hoe de bochten het best zouden kunnen gaan lopen. Gelukkig kon ik op internet vinden hoe Lars Nielsen een supercharger op zijn Odin’s Fury Nimbus gebouwd had. Hij gebruikte een ander model, een AMR 300, maar het basisprincipe was hetzelfde en omdat hij zijn ontwerp compleet op internet heeft gezet kon ik daar dankbaar gebruik van maken. Om bij de brandstoftoevoer te blijven: mijn keus viel op een SU MC2 carburateur van het type dat je ook op een Ariel Square Four en een Triumph Thunderbird T6 kan aantreffen. De MC2 is een constant velocity carburateur en dus geschikt voor een supercharger. Aan de andere kant van het systeem zit een Shorrock C75/C142 veiligheidsklep, die hopelijk voorkomt dat je ballen eraf worden geblazen als het blok terugslaat in de inlaat. De Shorrock klep zit in een speciaal hiervoor gedraaid rvs huis dat via een klein buisje verbonden is met een drukmeter uit een WW2 Spitfire. De meter werkt nu na 80 jaar nog steeds perfect!
Trofee
Het kostte me vier jaar om van een oud roestig frame tot een complete motorfiets te komen en de eerste keer dat ik ermee naar buiten ging was de Lorne Cheetham’s Fabulous Kickback Custom Show in Cheltenham. Daar werd ik aangenaam verrast door de belangstelling die de Nimbus ten deel viel en werd het zelfs nog beter toen ik de trofee van de bekende custombouwers van Lamb Engineering uit Salisbury in ontvangst mocht nemen! Op dat moment was de Nimbus echter nog niet goed rijdbaar. De supercharger werd veel te heet en dat moest opgelost worden. Ik hou de vuldruk nu vrij laag en gebruik castor olie. Maar het belangrijkste is dat ik een EGT meter geïnstalleerd heb, waarmee ik de temperatuur van de uitlaatgassen in de gaten kan houden. Als ik zie dat die temperatuur snel stijgt, bijvoorbeeld als ik een heuvel op rij, dan kan ik een kraantje omzetten en van brandstof wisselen. In een aparte tank heb ik namelijk ook methanol bij me en dat houdt het blok een stuk koeler. Als ik vervolgens zie dat het blok weer terug is op een normale temperatuur, dan schakel ik weer over op gewone benzine als brandstof.
Nieuw idee
Net zoals de vroegere Nimbus modellen heeft ook mijn Sweet Pea een handschakeling en voetkoppeling. Daar moet je wel even aan wennen en gelukkig woon in op het platteland met voldoende stille wegen om te oefenen. Inmiddels heb ik het aardig onder de knie en verbaast het me hoe snel de motor is. Ik hoop er nog vaak mee te gaan rijden en kijk nu al uit naar de treffens en charity runs van dit jaar. Omdat ik eigenlijk nooit stil kan zitten heb ik me intussen ook weer een nieuw idee in mijn kop gehaald. ‘Stel je eens voor dat Fisker & Nielsen in 1938 een land speed recordmachine gebouwd hadden… Hoe zou die er dan uitgezien hebben?’ Ik heb al een mooi oud zadel en een voorwiel…
Specificaties
NIMBUS SWEET PEA
ALGEMEEN
Origineel: Nimbus C Type
Bouwjaar: 1934
Eigenaar en bouwer: Tom Cat
Bouwtijd: 4 jaar
MOTORBLOK
Merk: Nimbus
Type: viercilinder in lijn
Carburatie: SU MC2 carburateur
Supercharger: AMR 500
Ontsteking: standaard
Transmissie: standaard 3-bak, standaard platenkoppeling, cardan
Uitlaatsysteem: custom made
RIJWIELGEDEELTE
Frame: standaard
Voorvork; custom door Jake Robbins Vintage Engineering
Voorwiel: 19 inch Triumph met conische naaf
Achterwiel: high ratio Nimbus
DIVERSEN
Stuur: omgekeerd gemonteerde H-D beach bar
Controls: custom
Handvatten: standaard
Tellers: MoS Spitfire drukmeter en Westach EGT klok
Tank: standaard
Zadel: Wassel
Accubox: custom
Bedrading: custom
SPUITWERK
Kleur: Halfords Garden Green
Spuiter: Ady Trevorrow,
Tanklogo: Joeby Slight
DANK AAN
David Mead, Lars Nielsen, Gregers en Vibe Tuxen, Kim Scholer, Bo Nielsen, Chris en Harry Smith, DogMan, Ady Trevorrow, Charlie Seward, Dave Wyatt, Howard Moss, Andy, Colin & Pip en nog veel meer.